Your Title Here


  • Home
  • Columns
  • History's
  • Podcasts
    • Grande Casino podcast
    • TJVS Podcast
  • Interviews
    • Interviews 2021
    • Interviews 2019/2020
  • Gallery
  • Social media & Nieuws
  • Video's
  • Voorbeschouwingen
    • WorldTour Team
    • TJV Academy
  • Grand Tours
    • TDF 2020
    • Giro d'Italia 2020
    • La Vuelta 2020
  • WT Team
    • 2021
    • 2020
  • Live
  • Uitslagen
  • Vrouwen
    • 2021
  • TJV Development
    • 2021
    • 2020
  • About

TJVSupporters



Tourdefrance
2020 updates


door Bram, Carlos en Patrick

Week 3



De laatste Tour week en hier kunt alle voor en nabeschouwingen lezen



Etappe 16



Op papier is dit een heerlijke affiche voor vuurwerk. In werkelijkheid is het vooral een dag van stilte voor de storm. De renners hadden weer veel klimkilometers voor de kiezen. Met de grote ASO baas weer in de rode auto was de bubbel weer compleet. Vanaf het begin was het weer een regen van aanvallen. Vooral viel op dat Team Ineos alles deed om mee te zitten. Ze hebben het idee van een goed klassement achter zich gelaten. Mannen als Carapaz , Sivakov en Amador waren onderdeel van een grote kopgroep. Een mengelmoes van successen en teleurstellingen.


Waar teams als Sunweb voortborduren op een top Tour waren het Ineos, Movistar en Bora die naar dagsucces hunkerden. Als snel was duidelijk dat het een gevecht in de kopgroep zal worden. Veel ploegen hebben een knecht en een afmaker mee. Zo zie je de voorsprong naar een kwartier lopen. Het grote nieuws hier komt vanachter. Waar Egan Bernal zich nog probeerde staande te houden op gladde ondergrond zakt hij vandaag diep door het ijs. Dik 28 minuten verliest hij en alhoewel hij zegt dat hij doorgaat verwacht ik dat de remmen ingeknepen gaan worden. Erg spijtig aangezien je toch de beste mannen in hun sterkste vorm wilt zien. Verder deed Gaudu dat al voor en kreeg de Thomas Dekker look a like Cousin een OTL achter zijn naam.


De laatste klim van de eerste categorie brak de kopgroep. Voorin waren het Carapaz, Reichenbach, Alaphilippe, Pacher en Kämna die het sterkte waren. Pierre Rolland neemt de bolletjestrui over van Cosnefroy. De inmiddels cultfiguur van AG2R zorgt ervoor dat de bergtrui een kleine Farce dreigde te worden. Vandaar de een fijn welkom voor Pierreke. Ondertussen kabbelt het peloton lekker door. Gesink leidt de gele trein en de rest volgt gehoorzaam. Carapaz gaat ervoor om Ineos even positief neer te zetten. Met een rotvaart demarreert hij. Julian volgt met de zwaarste versnelling. Hij komt erbij, ontploft en haakt af als in een liedje van Herman van Veen. Reichenbach ziet meer kruisen dan op zijn shirt staan. Alleen de Duitse superaanvaller Lennard Kämna kon volgen. En vlak voor de top dacht hij . “Jetz gehts losss “. Volle bak sprong hij weg en maakte een tijdrit van 30 km. Richard kwam er niet meer aan te pas. Kämna had bij de laatste korte klim van 2 km ruime voorsprong.


Absoluut een zeer verdiende overwinning voor de mannen van Bora-Hansgrohe die deze Tour en ervoor zware klappen moesten vangen. En toch elke dag vol in de strijd. Kämna wint in Villard de Lans en mag zich voegen in een lijst met The Boss en vooral Perico Delgado. Dan komen de geklopten binnen. Ruim een dik kwartier later is er het peloton waar Superman iets voor de toppers binnen is. Vanuit hen is er wederom gecontroleerd en meegereden. Wat moet je er van zeggen? Jumbo-Visma domineert en de rest vindt dat prima.


De dag van morgen


Dan is er dus een superzware dag. Alhoewel er staan maar twee klimmetjes op het programma. Waar praten ze nou over? Het kan er mee te maken hebben dat het twee monsters zijn. De ene is qua naam een echte Tourcol. Wel is de te beklimmen kant geen bekende. De mannen die op zijn zullen hier gaan breken. Bang ben ik voor Egan. Vanuit de bekende Franse stad Grenoble zullen ze starten. Iedereen die wel eens richting Alpe d’Huez zijn gereden beginnen te glunderen bij de naam Grenoble.


Dan dus na een lange aanloop de Col de Madeleine. Een klim van bijna 20 kilometer. Na een lange afdaling is er de klim naar Meribel. Een lekkere klim richting het skistadje. Stel nou dat je daar de finish zou hebben was het zwaar maar goed te doen. Maar dan is er dus nog een stuk zwarte piste naar de Top van de Col de La Loze. Op hoogte boven de 1800 meter en mega steil. Hier kunnen grote verschillen ontstaan.


De Col de La Loze is een nieuwe klim in de Tour. De mini Tour de l’Avenir heeft hem al eens gedaan. Een eindbaas tussen de hoge bergen. Voor de toekomst kan dit wel eens één legendarische vol worden. Binnen het peloton kan niemand verstoppertje spelen. De billen zullen bloot gaan en het zal zijn. “De dood of de Gladiolen” Wordt het een Vorentscheidung?




Etappe 17



Op naar het dak van de Tour, op naar de zwarte piste, op naar diep in het rood gaan, op naar een verhitte strijd om het geel. Zo gingen de renners de zeventiende etappe in. Verlekkerd keken de wielerliefhebbers uit naar de etappe tussen Grenoble en Méribel. Na de Col de la Madeleine werd er gefinisht op de debuterende klim de Col de la Loze.


We komen op hoogtes, waarbij de Colombianen normaal tot grotere hoogte stijgen. Echter zonder Egan Bernal. De Tourwinnaar ging niet meer van start na zijn inzinking de eerdere dagen. De loodzware Alpenetappe, ofwel de koninginnenrit, zou voor meer renners het eindstation zijn. Of in het geval van een andere Colombiaan, Nairo Quintana, een nieuwe tegenvaller in de Ronde van Frankrijk.


De start was vrij vlak. Vijf mannen zaten in de vluchtgroep van de dag. Julian Alaphilippe, Dan Martin, Gorka Izagirre en ook de twee smaakmakers van de dag ervoor: Lennard Kämna en Richard Carapaz. Behalve een eventuele ritoverwinning stond ook de bergtrui op het spel. Ze kregen zo’n vijf minuten voorsprong. Een overbrugbare afstand voor de favorieten in het klassement.


Op de Col de la Madeleine nam Bahrain-McLaren het heft in handen. In opdracht van de nummer zeven van het klassement, Mikel Landa, ging het oorlog maken. Terwijl sprinter Sonny Colbrelli zich helemaal uit elkaar trok, losten erkende klimmers als Quintana, Thibaut Pinot, Daniel Martinez, Esteban Chaves en Pierre Rolland.


Op kop moest Kämna de inspanningen van gisteren bekopen. Niet vreemd natuurlijk. Met Wout Poels in de rol die hij jarenlang bij Sky vervulde, deed hij veel mensen pijn. Helpers van de kopmannen losten, terwijl Jumbo-Visma met zes man lachend in het wiel bleef zitten. De voorsprong liep gestaag terug. Bovenop deze eerste berg pakte Carapaz twintig punten, kort voor Alaphilippe. In het achtervolgende groepje pakte Tadej Pogacar slim nog acht punten. Zo hebben we na zestien dagen eindelijk een nieuwe drager van de bolletjestrui.


In de afdaling reed de groep gele trui gecontroleerd naar beneden, terwijl de koplopers meer risico namen. Op brokkenpiloot Dan Martin na. Hij werd nog voor het bereiken van het dal ingelopen door het peloton. De drie begonnen met een dikke twee minuten aan de Col de la Loze. Een beestachtige klim van 2300 meter hoogte. Een Alpenreus die gegarandeerd vaker in het parcours opgenomen gaat worden


Het vuurwerk kon beginnen, maar de 21 kilometer lange klim, zorgde voor een afmattende strijd. Geen gekke fratsen, want de man met de hamer stond iedere bocht te wachten om een dreun uit te delen. Halverwege de klim was het einde verhaal voor de grootste ADHD’er uit het peloton Alaphilippe. Zijn troostprijs: het rode rugnummer. De prijs voor de strijdlustigste renner kon beter naar de Girowinnaar van 2019 gaan, want Carapaz bleef nog lange tijd vooruit.


Het treintje in de groep favorieten werd steeds kleiner, maar niemand dacht ook maar een beetje om aan te vallen. Voor Jumbo-Visma prima. Robert Gesink liet al vroeg in de klim lopen en de nog steeds niet herstelde George Bennett kon ook niet. Wout van Aert maakte opnieuw indruk. Zonder vandaag kopwerk te hoeven doen, was zijn treintje op zeven kilometer van de top wel opgerookt.


Aangezien het tempo van Pello Bilbao en Damiano Caruso gedrukt werd, kon de nieuwe kopman van INEOS Grenadiers nog even blijven spartelen op de monsterlijke berg. Toen Pogacar vervolgens versnelde gingen Rigoberto Uran, Adam Yates en Tom Dumoulin overboord. Op eigen tempo zouden de mannen naar de top klimmen. Ook Landa, voor wie zijn teammaten de hele dag op kop reden, kon de tempoversnelling niet aan. Niet geprobeerd, is altijd mis. Volgende keer beter.


Bij de laatste vijf zaten Richie Porte, Pogacar, Miguel Angel Lopez, Primoz Roglic en meesterknecht Sepp Kuss. Laatstgenoemde ging op het steilste deel van de klim ervandoor, omdat de geletruidrager slim een gaatje liet. Hij kreeg Lopez met zich mee, terwijl Roglic naar de andere kemphanen keek. Kuss, als trouwe helper, was vooral benieuwd hoe het met zijn kopman ging en zo kon Superman ertussenuit muizen.


Roglic demarreerde vervolgens bij zijn grootste concurrenten en ging op zoek naar Lopez én de dagzege. Dat lukte hem echter niet. De kopman van Astana kreeg op grote hoogte vleugels en steeg met zijn eerste etappezege in de Tour naar de derde plaats. Achter de Colombiaan won Roglic een boeiend Sloveens man-tegen-mangevecht. Hij pakte 15 seconden op Pogacar en heeft inmiddels een voorsprong van 57 tellen in het klassement.


Kuss kwam op de vierde plek binnen alsof hij net zijn krantenwijk had gedaan en Dumoulin knokte zichzelf naar de tiende plaats in de daguitslag. Hij blijft negende in de ranking. Al met al een meer dan geslaagde dag voor Jumbo-Visma. Al had Roglic graag zijn derde tweede plaats in willen ruilen voor een tweede ritoverwinning. De Touroverwinning is nog verre van zeker, maar de Killerbees hebben wel een mooie stap gezet.


De dag van morgen


De finishplaats van vandaag is donderdag het startpunt. Vanuit Méribel volgen de Alpencols elkaar snel op. Op het menu: de Cormet de Roselend, de Cote de la Route des Villes, de Col des Saisies, Col des Aravis en tot slot Plateau des Glières. Dat betekent weer ruim 4000 hoogtemeters. De laatste bergetappe, maar zeker niet de laatste kans om het klassement op te schudden.


Vooral de laatste klim is een steile puist met hellingen tot wel 15 procent. Na het bereiken van de top ligt er een gravelstrook van 2 kilometer. Blijft het materiaal heel? Wordt de gele trui onder druk gezet? Na deze strook is het nog dertig kilometer in volle vaart naar de finish in La Roche-sur-Foron. De Plateau des Glières is voor de tweede keer opgenomen, na 2018. Julian Alaphilippe wist toen de etappe te winnen.


Kan Jumbo-Visma standhouden of zelfs nog een genadeklap uitdelen? Komt er een coup de Astana? Heeft de nieuwe King of the Mountains en de beste jongere van deze Tour nog wat energie over? Of gaan we nog een kamikaze-aanval zien van het Movistar-duo Enric Mas en Alejandro Valverde? Genoeg reden om donderdagmiddag weer lekker onderuitgezakt op je bank te gaan liggen en te genieten van koers.



Etappe 18



De laatste bergetappe is een prooi geworden voor INEOS Grenadiers. Michal Kwiatkowski reed gebroederlijk over de finish met zijn ploegmaat Richard Carapaz, maar duwde net zijn wiel iets eerder over de streep. Eerherstel voor de ploeg. Een beloning voor jarenlang trouwe dienst. Ook feest bij de laatste Giro-winnaar. Carapaz kreeg de bolletjestrui omgehangen in La Roche-sur-Foron. Voor Jumbo-Visma wederom een geslaagde dag.


Bij een flitsende start vanuit Méribel reden er veel renners weg. Klimmers, sprinters, avonturiers. Ruim dertig mannen. INEOS Grenadiers, Team Sunweb en Movistar waren met vier man mee vooraan. Bij de tussensprint sprokkelde Sam Bennett de meeste punten voor de groene trui. Mits er niets geks gaat gebeuren, gaat de Ierse kampioen in Parijs de felbegeerde trui pakken.


Bij het opdoemen van de eerste van vijf bergen, was de schifting vooraan gemaakt. Jonathan Castroviejo deed de forcing, waardoor maar weinig vluchters konden aanhaken. Op de top van de Cormet de Roselend pakte Marc Hirschi de meeste punten, kort voor Carapaz. Dit duo kon, als alles meezat, de bolletjestrui in handen nemen aan het einde van de dag. In de afdaling trokken zij door en alleen Kwiatkowski, Pello Bilbao en Nicolas Edet konden daarna aansluiting vinden.


In de groep favorieten was Jumbo-Visma soeverein. Waar in het begin nog flink gejaagd werd op de vluchters, liet het daarna de teugels vieren. Ondanks de aanwezigheid van helpers van Mikel Landa, Enric Mas en Miguel Ángel López vooraan, durfde de Nederlandse sterrenformatie het verschil op te laten lopen naar zelfs negen minuten.


Op de Col des Saisies ging meesterdaler Hirschi onderuit. De winnaar van de twaalfde etappe was iets te druistig en kon zo een tweede ritoverwinning op zijn buik schrijven. Laat staan de bergtrui. Met Robert Gesink en George Bennett controlerend op kop van het peloton, stevende het af op de laatste, gevreesde klim van de dag. De Plateau des Glières van de buitencategorie.


Vooraan liet het INEOS-duo ook Bilbao en Edet achter. Aangezien ze op de top nog ruim vier minuten voorsprong hadden, wisten ze dat ze samen konden strijden om de ritwinst. In de groep favorieten maakte Jumbo-Visma zich niet druk bij de aanvalspoging van Landa. Ook al had hij nog twee ploeggenoten voor hem, Wout van Aert hield hem continu in het zicht. In een verschroeiend tempo reed hij omhoog en zo was hij andermaal goud waard.


Alejandro Valverde loste, maar ook Rigoberto Uran en Adam Yates hadden na bijna drie weken koers een mindere dag. Ondertussen raapte de groep favorieten de overblijfselen van de vluchters op en liet Mas zich voor de eerste keer deze Tour écht even zien. Een versnelling van het Spaanse rondetalent was Tom Dumoulin en Van Aert even te machtig, maar Roglic en Sepp Kuss waren méér dan prima in orde.


Op de gravelstrook liet de Sloveense geletruidrager zien dat hij de beste man in koers was. Hij trok stevig door, terwijl Richie Porte juist lek reed. Hij moest van fiets wisselen. En zo werden de overige concurrenten ineens bondgenoten. Met Jumbo-Visma in een luxe positie. Twee man vooraan en twee man in het wiel van Porte. Met de hulp van Dumoulin en opnieuw Van Aert sloot ook de Australiër weer aan, omdat het voor de Limburger ook wel een prettig idee was om nog wat plaatsen op te schuiven in de ranking.


Bij de klassementsrenners was de strijdbijl begraven, maar vooraan eisten Carapaz en Kwiatkowski alle aandacht op. Zij reden in de finale een heuse koppeltijdrit. De laatste kilometers kletsten en lachten de teamgenoten wat af. Ze genoten van hun masterplan van vandaag. Arm in arm en met een brede grijns kwam het duo over de meet. De ex-wereldkampioen greep de dagzege. Noem het een toneelstuk of bromance. Het was een dik verdiende overwinning.


Op iets minder dan twee minuten van de winnaar sprintte de indrukwekkende Van Aert naar de derde plaats om de bonificatieseconden weg te kapen bij Tadej Pogacar. In een prestigesprint versloeg Roglic Pogacar nog even om plek vier. Met Dumoulin en Kuss ook nog eens in de eerste groep, zat Jumbo-Visma dus met vier renners bij de eerste elf.


Petje af. Hoed af. Ook deze dag is weer uitstekend volgens plan verlopen. Het geel in Parijs brengen, dat kan bijna niet meer mis. Parijs is niet zo ver meer.


De dag van morgen


De Alpen laten we achter ons. Op naar de Jura. De negentiende etappe tussen Bourg-en-Bresse en Champagnole gaat over een geaccidenteerd parcours, met één gecategoriseerde klim. Zeker geen makkie, zeker geen rustdag, maar het is en blijft de Tour. Een ongeluk zit in een klein hoekje.


Het parcours van 166,5 kilometer leent zich voor de aanvallers die nog wat energie in de tank hebben, maar als de sprintersploegen de boel willen controleren kan het ook ‘gewoon’ een massasprint worden. En dan zijn alle overgebleven sprinters op de afspraak. Ik verwacht een kat-en-muisspel.



Etappe 19



Etappe nummer 19 had slechts een duidelijke opdracht voor TJV en de andere klassementsploegen te bieden: overleven.


De 166,6 kilometer die de renners tussen Bourg-en-Bresse en Champagnole dienden af te leggen konden bovendien niet als echt spectaculair beschouw worden. Het parcours behelsde een klimmetje van vierde categorie waar de enige vluchter van vroeg op de dag, Remi Cavagna, de volle buit pakte. Achter hem kreeg TJV als fijne opsteker richting de klimtijdrit van morgen doordat de ploegen van Bennet en Sagan de controle op zich namen. Voor Sagan, in zijn zoektocht naar zijn record zettende achtste groene trui, leek etappe 19 namelijk de laatste hoop te zijn om nog iets van zijn Tour te maken. Bennet en DQS waren zich hier echter prima van bewust en wisten voor de zoveelste maal het gevaar van de Slowaakse ex-wereldkampioen te neutraliseren.


De strijd om het groen lijkt beslecht, en was toegegeven in ieder geval spannender dan de laatste paar jaren. Dat betekende dat er nog een strijd gestreden diende te worden in de 19 de etappe, die om de ritoverwinning. Dat de vlucht van Cavagna niet genoeg zou zijn om de sprinters van hun kansen af te houden was evident, zeker toen het peloton al op zo’n 50 kilometer van de meet het Franse talent naderde. Het betekende een spervuur aan demarrages tot gevolg, met namen als van Avermaet, Politt, Cosnefroy, Rowe, Rolland. De beslissing of er gesprint of gevlucht ging worden kwam echter pas toen Caleb Ewan op een ongecategoriseerd klimmetje loste en dezelfde hoofdrolspelers als op eerder op de dag tevoorschijn kwamen.


Sagan, met Bennet vastgeplakt in zijn wiel, zette voor de tweede keer pas deze Tour een succesvolle ontspanning op. De heren sprinters kregen gezelschap van twaalf sterke renners waardoor praktische elke ploeg die deze tour nog een etappe wilde pakken vertegenwoordigd was: het kwaad was geschied, de winnaar zat vooraan. In de kopgroep was voor een aantal mannen al snel duidelijk dat gezamenlijk naar de finish rijden geen optie was met zoveel goede sprinters vertegenwoordigd.


De ploegen met een overtalsituatie (CCC: van Avermaet en Trentin; SUN: Anderson en Arndt) wisten wat hen te doen stond. De etappewinnaar Soren Kragh Andersen maakte er echter niet lang een geheim van wie de beste benen had en plaatste op 16 kilometer voor het einde een demarrage die net als in Lyon zijn achtervolgers peizend achterliet: 3 de etappeoverwinning voor Team Sunweb. TJV slaagde met vlag en wimpel voor hun opdracht van de dag en kan zich gaan opmaken voor de apotheose van deze Tour: de klimtijdrit naar La Planche des belle filles.



De dag van morgen


De 20 e etappe huist de enige tijdrit van deze Tour de France en de beslissing in de strijd om het geel (en de Bolletjestrui). Een etappe waar menig wielerliefhebber naar uitgekeken zal hebben, maar wellicht ook menig renner aangezien het de eerste serieuze tijdrit is sinds de hervatting van het wielerseizoen.


Voor mannen als Dumoulin, die al meer dan een jaar geen tijdrit meer reed, is het dan altijd interessant om te weten waar je momenteel staat. In 36,2 kilometer worden de renners geacht zo snel mogelijk van Lure, via 30 kilometer relatief vlak in het dal, de eerste 6,2 kilometer van La Planche op te knallen (geen spectaculair gravelfinish dus zoals vorig jaar).


De grootste vraag op voorhand is bij velen: fietswissel, ja of nee? In juni, toen het merendeel van de wielerwereld nog op een hometrainer verkeerde, reden Roglic en Pogacar in het Sloveens kampioenschap op de titel beste tijdrijder. Pogacar besloot gedurende de rit, die een heuvel kende, te wisselen van fiets en wist zodoende een veel hoger vermogen te bereiken dan Primoz en won die tijdrit met 9 seconden. Het is dus voorstelbaar dat veel renners kiezen om die laatste 6 loodzware kilometers hun aerodynamische en oncomfortabele tijdritfiets in te ruilen voor hun gewende klimfiets.


Voor de ritwinst zal het wellicht een wereld van verschil maken, voor de Touroverwinning valt dat nog te bezien.



Etappe 20



Wat kon Primoz Roglic toch gebeuren? Wat kon Jumbo-Visma overkomen? Wat kon er misgaan? Niets stond een Touroverwinning in de weg. Niets stond een tijdritzege voor de ploeg in de weg. Niets is minder waar.


Drie weken lang liep alles perfect voor Jumbo-Visma. Roglic reed bijna 2 weken rond in het geel. De opoffering van de ploeg, in de voorbereiding, op hoogtestages. De dominantie in de bergen. Alertheid op het vlakke. De Tour zou gewonnen worden. Het was allemaal uitgestippeld in een masterplan. De ploeg zette alles op geel. Nam de koers in handen. Maar in 36 kilometer tijd, op de laatste zaterdag, ging alles naar de klote.


Pogacar vloog over de weg. De jongere Sloveen overtrof zichzelf. Overtrof de ploeg, de wereld. Wie had dat gedacht? Hij zelf ook niet, want een podium was ook al mooi. Maar nu, in extremis, dus de gele trui voor de kopman van UAE Team Emirates. Maar de veelvraat neemt ook de witte trui én de bolletjestrui mee naar Slovenië. Een prachtig cadeau aan zichzelf, want ja, maandag wordt hij pas 22.


Hij pakte ook nog eens de dagoverwinning af van Tom Dumoulin. Hij werd knap tweede. Kort voor de opgebloeide Richie Porte bijzonder knap naar de derde plek in de tijdrit reed. Maar belangrijker: de koning van Willunga Hill finishte voor het eerst op het Tourpodium.


Verdriet, verbijstering. Geen champagne, geen polonaise. Het beeld kort na de finish was hartverscheurend. Roglic uitgeteld, stomverbaasd en wit weggetrokken op het asfalt. Dumoulin en Van Aert om zich heen. De Limburger en de Belg waren zelf dichtbij dagsucces (tweede en vierde), maar zagen de droom van hun kopman in rook opgaan. Hun eigen droom. De droom van Jumbo-Visma.


Meesterknechten die zichzelf maar al te graag wegcijferden de laatste weken. En dat gold ook zo voor de rest van het team. Vandaag was een soort rustdag voor Sepp Kuss, George Bennett, ex-wereldkampioen tijdrijden Tony Martin, Robert Gesink en Amund Grøndahl Jansen. Ze maakten zich op voor de laatste dag van de Tour. Het ritje naar Parijs, wat zo feestelijk zou verlopen. Met champagne, lachende gezichten. Nu is iedereen in het geel-zwart terecht beteuterd. Iedereen in en rondom de ploeg stikchagrijnig.


Waar aan de ene kant getreurd werd, was er natuurlijk ook dolle vreugde. Bij de Emiraten. Bij de veelvraat van de Tour met drie etappezeges en drie truien. In de schaduw van de Sloveense tweestrijd kegelde Porte Miguel Ángel Lopez van het podium. De kleine Colombiaan was duidelijk geen Superman vandaag en zakte van drie naar zes. En ook vreugde bij Team Sunweb, omdat Marc Hirschi de prijs van de superstrijdlust kreeg.


De dag van morgen


Parijs is bereikt. De Tour van 2020 is bijna ten einde. Een bijzondere editie, met een nog gekkere wending op het eind. Een editie, waar nog lang over nagepraat zal gaan worden.


Zondag nog een ritje naar de stad van de liefde. Een stad waar de Nederlandse ploeg nu even niet met vlinders in de buik rondrijdt. Een paar plichtsgetrouwe rondjes over de steentjes op de Champs-Élysées. Zo zal het ook voor renners voelen na drie zware weken in Frankrijk.


Nog één kans voor de sprinters. Nog een kans voor Peter Sagan om een etappe op zijn naam te schrijven. Nog een keer Sam Bennett? Nog een keer Caleb Ewan? Of... of... kan Van Aert nog één keer vlammen. Het is schier onmogelijk na al die inspanningen. Maar ja, we hebben vreemdere dingen gezien in de Tour. En het zou voor Jumbo-Visma een schrale troost zijn om toch nóg eens te juichen.



Etappe 21



20.9.2020