Op naar het dak van de Tour, op naar de zwarte piste, op naar diep in het rood gaan, op naar een verhitte strijd om het geel. Zo gingen de renners de zeventiende etappe in. Verlekkerd keken de wielerliefhebbers uit naar de etappe tussen Grenoble en Méribel. Na de Col de la Madeleine werd er gefinisht op de debuterende klim de Col de la Loze.
We komen op hoogtes, waarbij de Colombianen normaal tot grotere hoogte stijgen. Echter zonder Egan Bernal. De Tourwinnaar ging niet meer van start na zijn inzinking de eerdere dagen. De loodzware Alpenetappe, ofwel de koninginnenrit, zou voor meer renners het eindstation zijn. Of in het geval van een andere Colombiaan, Nairo Quintana, een nieuwe tegenvaller in de Ronde van Frankrijk.
De start was vrij vlak. Vijf mannen zaten in de vluchtgroep van de dag. Julian Alaphilippe, Dan Martin, Gorka Izagirre en ook de twee smaakmakers van de dag ervoor: Lennard Kämna en Richard Carapaz. Behalve een eventuele ritoverwinning stond ook de bergtrui op het spel. Ze kregen zo’n vijf minuten voorsprong. Een overbrugbare afstand voor de favorieten in het klassement.
Op de Col de la Madeleine nam Bahrain-McLaren het heft in handen. In opdracht van de nummer zeven van het klassement, Mikel Landa, ging het oorlog maken. Terwijl sprinter Sonny Colbrelli zich helemaal uit elkaar trok, losten erkende klimmers als Quintana, Thibaut Pinot, Daniel Martinez, Esteban Chaves en Pierre Rolland.
Op kop moest Kämna de inspanningen van gisteren bekopen. Niet vreemd natuurlijk. Met Wout Poels in de rol die hij jarenlang bij Sky vervulde, deed hij veel mensen pijn. Helpers van de kopmannen losten, terwijl Jumbo-Visma met zes man lachend in het wiel bleef zitten. De voorsprong liep gestaag terug. Bovenop deze eerste berg pakte Carapaz twintig punten, kort voor Alaphilippe. In het achtervolgende groepje pakte Tadej Pogacar slim nog acht punten. Zo hebben we na zestien dagen eindelijk een nieuwe drager van de bolletjestrui.
In de afdaling reed de groep gele trui gecontroleerd naar beneden, terwijl de koplopers meer risico namen. Op brokkenpiloot Dan Martin na. Hij werd nog voor het bereiken van het dal ingelopen door het peloton. De drie begonnen met een dikke twee minuten aan de Col de la Loze. Een beestachtige klim van 2300 meter hoogte. Een Alpenreus die gegarandeerd vaker in het parcours opgenomen gaat worden
Het vuurwerk kon beginnen, maar de 21 kilometer lange klim, zorgde voor een afmattende strijd. Geen gekke fratsen, want de man met de hamer stond iedere bocht te wachten om een dreun uit te delen. Halverwege de klim was het einde verhaal voor de grootste ADHD’er uit het peloton Alaphilippe. Zijn troostprijs: het rode rugnummer. De prijs voor de strijdlustigste renner kon beter naar de Girowinnaar van 2019 gaan, want Carapaz bleef nog lange tijd vooruit.
Het treintje in de groep favorieten werd steeds kleiner, maar niemand dacht ook maar een beetje om aan te vallen. Voor Jumbo-Visma prima. Robert Gesink liet al vroeg in de klim lopen en de nog steeds niet herstelde George Bennett kon ook niet. Wout van Aert maakte opnieuw indruk. Zonder vandaag kopwerk te hoeven doen, was zijn treintje op zeven kilometer van de top wel opgerookt.
Aangezien het tempo van Pello Bilbao en Damiano Caruso gedrukt werd, kon de nieuwe kopman van INEOS Grenadiers nog even blijven spartelen op de monsterlijke berg. Toen Pogacar vervolgens versnelde gingen Rigoberto Uran, Adam Yates en Tom Dumoulin overboord. Op eigen tempo zouden de mannen naar de top klimmen. Ook Landa, voor wie zijn teammaten de hele dag op kop reden, kon de tempoversnelling niet aan. Niet geprobeerd, is altijd mis. Volgende keer beter.
Bij de laatste vijf zaten Richie Porte, Pogacar, Miguel Angel Lopez, Primoz Roglic en meesterknecht Sepp Kuss. Laatstgenoemde ging op het steilste deel van de klim ervandoor, omdat de geletruidrager slim een gaatje liet. Hij kreeg Lopez met zich mee, terwijl Roglic naar de andere kemphanen keek. Kuss, als trouwe helper, was vooral benieuwd hoe het met zijn kopman ging en zo kon Superman ertussenuit muizen.
Roglic demarreerde vervolgens bij zijn grootste concurrenten en ging op zoek naar Lopez én de dagzege. Dat lukte hem echter niet. De kopman van Astana kreeg op grote hoogte vleugels en steeg met zijn eerste etappezege in de Tour naar de derde plaats. Achter de Colombiaan won Roglic een boeiend Sloveens man-tegen-mangevecht. Hij pakte 15 seconden op Pogacar en heeft inmiddels een voorsprong van 57 tellen in het klassement.
Kuss kwam op de vierde plek binnen alsof hij net zijn krantenwijk had gedaan en Dumoulin knokte zichzelf naar de tiende plaats in de daguitslag. Hij blijft negende in de ranking. Al met al een meer dan geslaagde dag voor Jumbo-Visma. Al had Roglic graag zijn derde tweede plaats in willen ruilen voor een tweede ritoverwinning. De Touroverwinning is nog verre van zeker, maar de Killerbees hebben wel een mooie stap gezet.
De dag van morgen
De finishplaats van vandaag is donderdag het startpunt. Vanuit Méribel volgen de Alpencols elkaar snel op. Op het menu: de Cormet de Roselend, de Cote de la Route des Villes, de Col des Saisies, Col des Aravis en tot slot Plateau des Glières. Dat betekent weer ruim 4000 hoogtemeters. De laatste bergetappe, maar zeker niet de laatste kans om het klassement op te schudden.
Vooral de laatste klim is een steile puist met hellingen tot wel 15 procent. Na het bereiken van de top ligt er een gravelstrook van 2 kilometer. Blijft het materiaal heel? Wordt de gele trui onder druk gezet? Na deze strook is het nog dertig kilometer in volle vaart naar de finish in La Roche-sur-Foron. De Plateau des Glières is voor de tweede keer opgenomen, na 2018. Julian Alaphilippe wist toen de etappe te winnen.
Kan Jumbo-Visma standhouden of zelfs nog een genadeklap uitdelen? Komt er een coup de Astana? Heeft de nieuwe King of the Mountains en de beste jongere van deze Tour nog wat energie over? Of gaan we nog een kamikaze-aanval zien van het Movistar-duo Enric Mas en Alejandro Valverde? Genoeg reden om donderdagmiddag weer lekker onderuitgezakt op je bank te gaan liggen en te genieten van koers.